De Bataafse Republiek kende meerdere staatsgrepen, interne conflicten en grondwetswijzigingen. Grondrechten stonden vaak op gespannen voet met politieke machtsstrijd en buitenlandse invloed.

Na de oprichting van de Bataafse Republiek in 1795 waren veel patriotten blij met de val van de stadhouder, maar ze waren onderling verdeeld:

  • Federalisten wilden een losse samenwerking tussen gewesten, zoals in de oude Republiek.
  • Unitariërs (radicalen) wilden één gecentraliseerde staat met gelijke rechten voor alle burgers.

In 1796 kozen de kiesgerechtigden een Nationale Vergadering die een grondwet moest opstellen, maar door de diepe verdeeldheid lukte het twee jaar lang niet om tot een akkoord te komen.

Frankrijk was ongeduldig: het wilde een betrouwbare en gehoorzame bondgenoot. De verdeeldheid in Nederland stond Franse belangen (zoals militaire steun) in de weg. Op 22 januari 1798 grepen de Unitariërs de macht, met hulp van het Franse leger. Deze staatsgreep zorgde ervoor dat de radicale democraten het voortouw namen in de vormgeving van de grondwet.

Enkele maanden later (in juni 1798) volgde nog een staatsgreep om gematigde tegenstanders uit de weg te ruimen.

Na de staatsgreep werkten de radicale Unitariërs snel door. Er werd een Grondwet opgesteld naar Frans voorbeeld, met revolutionaire uitgangspunten. Op 23 april 1798 werd deze grondwet aan het volk voorgelegd via een nationaal referendum. Een meerderheid van de stemmers ging akkoord maar er waren er twijfels over de eerlijkheid van de stemming.

Vóór 1798 hadden steden en dorpen vaak een eigen bestuurssysteem onder leiding van een ambachtsheer. De Staatsregeling maakte hier grotendeels een einde aan. Alle oude stedelijke rechten en lokale bestuursvormen werden afgeschaft, ten gunste van een uniform systeem. Gemeenten werden nu ondergeschikt gemaakt aan het centrale gezag en verloren hun semionafhankelijke status.

De scheiding van kerk en staat en de godsdienstvrijheid leidden tot grote bezorgdheid. Alle mensen gelijk? Alle godsdiensten toegestaan? En weg met de Oranjes?

Het gemeentebestuur van De Bilt stelde een lijst op van 97 personen die eerder stemgerechtigd waren geweest. Na een zuiveringsproces bleven er slechts 25 inwoners over die stemden over de nieuwe staatsregeling. Er werd ook een nieuw gemeentebestuur aangesteld met vooral nieuwe mensen. Het aannemen van de staatsregeling werd verplicht gevierd.

Maartensdijk maakte een vergelijkbaar proces door.

Kerkgebouwen van de Nederduits Gereformeerde Kerk werden in beslag genomen door de staat, die ze daarna toewees aan verschillende godsdiensten zoals de katholieke. De huiskapel van Huis te Veen (Blauwkapel) werd toegewezen aan de protestanten, tot ongenoegen van de katholieken. Aan de andere kant verrdween de steun die de staat had gegeven aan de predikanten van de Nederduitse Gereformeerde kerk en werden de opbrengsten van de  bezittingen van die kerk ondergebracht in een Fonds voor de Nationale Opvoeding. Dat vonden de protestanten niet leuk.

Ondanks het feit dat deze grondwet maar kort standhield, betekende zij een mijlpaal in de Nederlandse geschiedenis: het was de eerste keer dat fundamentele grondrechten, volkssoevereiniteit en gelijkheid in de wet werden vastgelegd.

U bevindt u op de Rondleiding Grondrechten. Voor het vervolg klik HIER.