Bij het begin van de mobilisatie werden troepen in fort Voordorp en fort Blauwkapel gelegerd, die later, in de meidagen van 1940, een belangrijke rol in de strijd tegen de Duitsers zouden krijgen. De opmars naar Rotterdam moest toen worden gestuit. Dat lukte niet, zoals bekend is. (Mobilisatieoproep, Wikipedia)

 

Meer informatie

Over de periode augustus 1939 tot april 1940 waarin de betrokken militairen in de forten Blauwkapel en Voordorp bivakkeerden, daar oefenden en recreëerden, beschikken we over het verslag ‘Ervaringen van een mitrailleur-compagnie (M.C. II 28 R.I.] door Reserve-Kapitein Dr. J. Rinse.’, dat hieronder te lezen is:

De compagnie die in Breukelen was gemobiliseerd. bestond uit  150 man van gemiddeld 30 jaren oud en meest afkomstig uit Zuid- Holland [Leiden en omgeving]. Zij was bewapend met acht zware  mitrailleurs [Schwarzlose] en de noodige handvuurwapenen. Het eerste deel der mobilisatie werd doorgebracht in de Forten Blauwkapel en Voordorp, Noordelijk van Utrecht in de Hollandsche Waterlinie gelegen, waar pionier werkzaamheden en oefeningen met de mitrailleurs de hoofdschotel van het programma vormden. O.a. werden een veertigtal mitrailleurnesten uitgezet en gedeeltelijk ingericht voor de moderniseerings-werken in de fortenlinie, beginnende bij Fort de Klop aan de Vecht bij Zuilen, over Fort de Gagel Fort de Ruygenhoek, Groenekan. Fort Blauwcapel naar het fort aan den Voordorperweg nabij De Bilt.  Daarnaast hadden de mitraillisten een actief aandeel bij de inrichting en het beheer van de cantine van Fort Blauwcape], welke door de tot de compagnie behoorende vaklieden in een oude artillerie-loods werd ingericht, in welk gezellig milieu tijdens den strengen winter zoovele geslaagde voorstellingen warden gegeven, dat de cantine alom bekendheid genoot. De sergeant-majoor-administrateur (s.m.a.) Kettenis ontpopte zich daarbij als een uitstekend organisator en cantine-administrateur. De oefeningen met de mitrailleurs werden tijdens de vorst-periode gehouden in een daartoe zelf ingericht lokaal, hetwelk gelegenheid bood tot panorama schieten op een door korporaal Snel vervaardigd panorama. Op deze wijze werd de lange, strenge winter zoo goed mogelijk benut, zoodat de compagnie tijdens de gevechtsschietoefeningen op de Loosdrechtsche plassen op 8 en 9 April kon bewijzen, dat een goede vaardigheid in het gebruik der wapens en een grote trefzekerheid was verkregen. Niemand vermoedde op die dagen, dat het geleerde reeds een maand later in practijk zou moeten worden gebracht. Op 12 April in den vroegen morgen nam de compagnie onverwacht afscheid van Fort Blauwkapel waar zii zich zoo geheel  thuis gevoelde en vertrok als onderdeel van het Bataljon onder commando van Majoor Ravelli per trein naar Dordrecht. In den middag werd gemarcheerd langs de Zeehaven en over het veer bij ‘s-Gravendeel, waar vier weken later hevig zou worden gevochten naar de Hoeksche Waard.’

Op 10 mei 1940 kwam de mitrailleurcompagnie in actie tegen de Duitsers bij de Dordtse Kil, Strijensas, Willemsdorp en de Moerdijk. De Duitsers hadden die die dag al een deel van het eiland van Dordrecht bezet. De compagnie vocht door tot de wapenstilstand van 15 mei.

AD

U bevindt u op de Rondleiding over de Hollandse Waterlinie. Voor het vervolg klik HIER.

 

Literatuur:

MAVORS, maandschrift voor officieren en reserve-officieren van alle wapens en diensten, onder red. van D.H. Schilling, reserve-majoor

Spring naar toolbar